Een stroomstoring in Amsterdam-Zuid die Hotel Okura kundig afweerde met een noodaggregaat bleek de opmaat voor een bijzondere avond; één met ruimte voor vreugde, verdriet en een ondernemer die zich van het draaiboek weinig aantrok. En niet te vergeten: een riante cheque voor het Amsterdamse Zeemanshuis van de nautische dienstverleners. De donatie vormde de aftrap voor een avond met meer bijdragen voor het goede doel.

Kees Noorman hield zijn maiden speech als nieuwe voorzitter van Amports en vroeg om te beginnen aandacht voor het overlijden van een medewerker van De Koperen Ploeg en Amspec die op 26 oktober bij een tragisch ongeval tijdens het werk om het leven kwamen. “Het herinnert ons eraan hoe risicovol het werk in de haven is. Als het buiten donker wordt en de elementen razen, gaan de stuurlieden naar buiten om te werken.”

Tevreden blikte Noorman terug op SAIL. Met miljoenen bezoekers bracht het evenement Amsterdam als maritieme stad in het middelpunt van de belangstelling. “We hebben het momentum gepakt. Met de Maritieme Week willen we dat voortaan elk jaar doen. Het is een cadeau aan de stad, maar voor ons als havengemeenschap ook een kans die wij met beide handen moeten aangrijpen.”

In een grillige wereld is het belang van de Amsterdamse haven en de regio alleen maar grote geworden, merkte Noorman verder op. “Het Noordzeekanaalgebied is een cluster van nationaal belang. Daar hoort nationaal leiderschap bij, in nauwe samenwerking met provincie, gemeenten en bedrijfsleven. Onze oproep blijft staan: wees zuinig op de haven en alles wat daar bij hoort.”

Dat laatste hoeft niemand Robert Tieman uit te leggen. De demissionair minister van Infrastructuur en Waterstaat volgt de ontwikkelingen in de regio met groot enthousiasme. “Hier komt alles bij elkaar: de toegang tot de wereldzee, de toegang tot het achterland, de verbinding met de innovatieve industrie, de poort tot nieuwe energie die we op zee gaan oogsten. Hier krijgt de toekomst van Nederland vorm.”

Net als Noorman ziet een grotere rol voor de nationale overheid, als het gaat om ontwikkelingen langs het Noordzeekanaal. “Landelijke regie is nodig, zodat nationale en internationale belangen kunnen worden meegewogen in belangrijke beslissingen op het terrein van industrie, energie, bereikbaarheid en militaire mobiliteit. We zitten allemaal in hetzelfde team, laten we dat vooral niet vergeten.”

Het kabinet zal zijn verantwoordelijkheid nemen. Concreet noemde Tieman de vervanging van het oude gemaalcomplex bij IJmuiden, dat dringend aan vervanging toe is. “De spuisluis staat bij mij bovenaan het lijstje. Wat als hier een bui valt, zoals die enkele jaren geleden voor grote overlast zorgde in Limburg? We moeten ook weerbaar worden ten aanzien van de klimaatverandering.”  

Het jubileumjaar is bij uitstek de gelegenheid om daarbij te leren van het verleden. Ernst citeerde zijn vader, voormalig werktuigbouwkundige op de grote vaart: “De mensen moeten groot denken. De echte kansen liggen achter de horizon.” Damen-directeur Tjeerd Schulting herinnerde eraan hoe het stadsbestuur vroeger de werven de helpende hand bood. “In opdracht van de stad werd midden op elk werf een groot vat gratis bier neergezet. Dat hielp om goede krachten te werven.”

Het bleek te gaan om Hans van den Berg, directievoorzitter van Tata Steel Nederland. Hij tekende in september een intentieovereenkomst met het demissionair kabinet over de verduurzaming van de staalfabriek in IJmuiden. Een enorme operatie die nog lang niet klaar is, voegde de winnaar van de Havenpenning er wel aan toe. “Er moet nog heel veel gebeuren. Ik beschouw de penning als een aanmoedigingsprijs.

Samen met spreekstalmeester Rutger Mollee blikte Van Buren nog terug op het politieke jaar. Hoogtepunt voor de wethouder was de aankoop door de gemeente van het ADM-terrein. Daarmee werd niet alleen een hoofdpijndossier gesloten, maar ook ruimte gemaakt voor nieuwe bedrijvigheid en woningbouw. Van Buren: “We hebben er 40 hectaren bij. Dat is belangrijk voor de puzzel die we moeten leggen.

De gemeente kocht het ADM-terrein terug van Wim Beelen, die ook aanwezig was in het Okura. De ondernemer hield onverwachts een warm pleidooi voor meer ondernemerschap. "Ondernemers maken de haven. Zij zijn de mensen die het risico nemen en investeren. Als we de haven belangrijk willen laten blijven, moeten de ondernemers meer centraal komen te staan.”