Energiehaven binnen vijf jaar vaste uitvalbasis voor offshore wind en energie
Stroomversnelling
De komst van de Energiehaven bij Tata Steel is een feit nu het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, de provincie Noord-Holland, gemeente Velsen, Tata Steel, Zeehaven IJmuiden NV en Port of Amsterdam hiervoor een convenant hebben getekend. De Averijhaven wordt in vijf jaar ontwikkeld tot een uitvalsbasis voor de offshore wind industrie.
Gunstige ligging
De overheid stemde als laatste partner ook in met de gewenste omvorming van het baggerdepot. De gunstige ligging van de nieuwe haven ten opzichte van de huidige of nog te bouwen windmolenparken op de Noordzee heeft hier zeker bij geholpen. De start van de exploitatie van de windparken Hollandse Kust Noord, Hollandse Kust Zuid (voor de kust van IJmuiden) en Hollandse Kust West en IJmuiden Ver is gepland tussen 2022 en 2030.
Haven uiterlijk 2025 klaar
“Door de korte (vaar)afstand wordt zowel tijdens de bouw als tijdens het onderhoud tijd en daarmee kosten bespaard”, aldus verantwoordelijk minister Cora van Nieuwenhuizen na de ondertekening van het convenant. “Daarmee dragen we bij aan het doel van de Nederlandse overheid om wind op zee tegen zo laag mogelijke kosten te bouwen. Door de groei van windturbines in vermogen én dus omvang hebben we in Nederland veel ruimte nodig voor de bouwfase.”
De nieuwe haven moet uiterlijk medio 2025 klaar zijn. De partijen hopen echter dat het project eerder opgeleverd kan worden. Het een en ander hangt af van de vraag wanneer de huidige locatie (de als baggerdepot gebruikte Averijhaven), leeg is gehaald. Dit moet uiterlijk halverwege 2023 zijn gebeurd. Er komt een onderzoek hoe dit werk kan worden gecombineerd met de aanleg van de nieuwe haven. Zo zullen de aanwezige staalslakken (een restproduct bij het staalproces) worden gebruikt voor het ophogen van het haventerrein.
Port of Amsterdam krijgt 48 procent aandelen in de samenwerking, de provincie Noord-Holland 26 procent, de gemeente Velsen en Zeehaven IJmuiden NV elk 13 procent
Diepgang 12,5 meter
De haven krijgt een oppervlakte van ruim vijftien hectare. Hiervan is vijf hectare afkomstig van het naastgelegen terrein van Tata Steel. Het terrein zal voor ongeveer twee derde deel voor een periode van 50 jaar in erfpacht worden genomen van het Rijksvastgoedbedrijf dat dit namens eigenaar Rijkswaterstaat doet. De Energiehaven krijgt verder een kade van 580 meter, waarvan ongeveer 200 meter is bestemd voor heavy-duty (met 12,5 meter waterdiepte) en 380 meter standaardkade. De diepte is daar tien meter. Een onderdeel van het miljoenenproject is de aanleg van een lichterplaats (tegen het terrein van het staalbedrijf aan) voor het lichteren van zwaar beladen schepen met bestemming Amsterdam.
Port of Amsterdam 48 procent
Het Amsterdamse havenbedrijf krijgt 48 procent aandelen in de samenwerking, de provincie 26 procent, de gemeente Velsen 13 procent en Zeehaven IJmuiden NV eveneens 13 procent.
Port of Amsterdam en Zeehaven IJmuiden NV zijn verantwoordelijk voor de exploitatie van de haven.
“We gaan geen nieuwe entiteit oprichten, dus geen bedrijf met medewerkers”, stelt algemeen directeur Peter van de Meerakker van Zeehaven IJmuiden NV in een reactie. “We maken bij de exploitatie gebruik van de expertise van onze bedrijven en havendiensten. We proberen het zo licht mogelijk op te zetten, zodat je geen hoge overheadkosten hebt”.
Eerst MER
Voorafgaand aan de aanleg van de haven moet er een MER worden opgesteld naar de milieugevolgen voor de directe omgeving. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat gaat ervan uit dat dit geen problemen oplevert.
Van de Meerakker: “Experts hebben zich vooraf over diverse lastige punten gebogen en het oordeel van het consortium is dat we hier met elkaar uit zouden moeten kunnen komen. De recente 'stikstof'-discussie is uiteraard wel een complicerende factor, maar we hebben er vertrouwen in dat er binnenkort een werkbare oplossing wordt aangeboden om dit voor de energietransitie juist zo belangrijke project doorgang te kunnen laten vinden. Het ministerie onderschrijft dit.”
27 miljoen euro
De overheid draagt 27 miljoen euro bij aan de aanleg van de haven die overigens nog een officiële naam moet krijgen. De overige partijen willen (nog) niet prijs geven hoe hoog hun bijdrage is, omdat de contracten met de aannemers nog niet zijn getekend.
Offshore wind en energie
Volgens directeur Sylvia Boer van AYOP (Amsterdam Ymuiden Offshore Ports) biedt de nieuwe haven volop mogelijkheden voor de ruim 80 AYOP-leden. “Niet alleen logistieke dienstverleners kunnen hiervan profiteren. Maar ook reders, onderhoudsbedrijven, adviesbureaus, personeelsorganisaties of energiemaatschappijen Vattenfall en Eneco. Bovendien zet je hiermee het Noordzeekanaalgebied nóg duidelijker op de kaart als dé regio voor de Nederlandse offshore wind en energie. Dit helpt ook mee met het aantrekken van nieuwe bedrijven en start-ups, die actief zijn in de windenergie-sector. Ook is dit heel positief voor de werkgelegenheid.”
Sylvia Boer
Directeur Amsterdam Ymuiden Offshore Ports
Na vijf jaar maakte Boer de overstap naar scheepbouwer Damen, waar ze hoofd van de afdeling Communicatie was. Tot haar oog viel op de vacature van directeur bij AYOP. De rest is geschiedenis. “Een echte uitdaging. Je bent verantwoordelijk voor een gehele sector en niet een deel ervan. Met daarnaast de energietransitie. Daarom biedt de nieuwe Energiehaven onze leden kansen om direct en indirect bij te kunnen dragen aan die overgang en aan belangrijke regionale en nationale klimaatdoelen.” AYOP telt nu 83 leden. Boer ziet mogelijkheden om door te groeien naar boven de honderd, maar groei is voor haar geen doel op zich. Het gaat om de kwaliteit die ons ecosysteem van leden verder versterkt. Wat haar verdere doelstellingen zijn? “Ik hoop bij te kunnen dragen aan een verbeterd imago en bekendheid van de offshore sector. Dat de sector niet vies er vervuilend is, maar heel innovatief en bovendien duurzaam. Hopelijk kunnen we zo ook de toekomstige generatie aantrekken.”
Sylvia Boer
Directeur Amsterdam Ymuiden Offshore Ports
Na vijf jaar maakte Boer de overstap naar scheepbouwer Damen, waar ze hoofd van de afdeling Communicatie was. Tot haar oog viel op de vacature van directeur bij AYOP. De rest is geschiedenis. “Een echte uitdaging. Je bent verantwoordelijk voor een gehele sector en niet een deel ervan. Met daarnaast de energietransitie. Daarom biedt de nieuwe Energiehaven onze leden kansen om direct en indirect bij te kunnen dragen aan die overgang en aan belangrijke regionale en nationale klimaatdoelen.” AYOP telt nu 83 leden. Boer ziet mogelijkheden om door te groeien naar boven de honderd, maar groei is voor haar geen doel op zich. Het gaat om de kwaliteit die ons ecosysteem van leden verder versterkt. Wat haar verdere doelstellingen zijn? “Ik hoop bij te kunnen dragen aan een verbeterd imago en bekendheid van de offshore sector. Dat de sector niet vies er vervuilend is, maar heel innovatief en bovendien duurzaam. Hopelijk kunnen we zo ook de toekomstige generatie aantrekken.”