THEMA NAUTISCH

Alma Droog (Port of Amsterdam):

Werken aan de toekomst van de haven

Alma Droog (Programma-manager Bereikbare Haven bij Port of Amsterdam), heeft een unieke band met de maritieme wereld. Haar carrière begon op de zeven zeeën, die ze als matroos op een marinefregat bevoer. Deze vroege ervaring smeedde haar band met scheepvaart en havenlogistiek. Een passie die haar drijft in haar huidige missie: de Amsterdamse haven bereikbaar houden en voorbereiden op de toekomst. Waarbij de focus vooral ligt op het realiseren van een zo veilig en vlot mogelijke doorvaart voor scheepvaart en achterlandvervoer.

In de extreem droge zomer van 2022 werd het probleem van verzilting acuut. Onder andere veroorzaakt door weinig regenval en een sterke afname van smeltwater bij de bronnen van grote rivieren. Droog werkte op dat moment veertien jaar in verschillende commerciële functies voor Port of Amsterdam en was Hoofd Cargo & Offshore. “Ik stond destijds open voor een nieuwe rol.”

Verlies van business

De verziltingsproblematiek zorgde voor noodzakelijke stremmingsblokken van de Noordersluis en Zeesluis IJmuiden voor de scheepvaart, omdat bij oostgaande schuttingen te veel zout water het Noordzeekanaal (NZK) binnenstroomde. Dat leidde tot flinke vertragingen voor de scheepvaart en de hele logistieke keten. Zelfs voor verlies van business. “Klimaatverandering en de impact hiervan op de scheepvaart, bleek niet alleen een wake-up call voor de hele havengemeenschap in het NZK, maar ook voor mij persoonlijk.” Voor Droog gaf dat alles precies het extra zetje om als Programmamanager Bereikbare Haven te willen starten, nu anderhalf jaar geleden.

Zoutdam

De zoutdam die nu wordt gebouwd in IJmuiden gaat een bijdrage leveren aan die bereikbaarheid, zegt Droog. “De nieuwe constructie onttrekt zich aan het zicht en gaat het binnenkomende zoutwater via Zeesluis IJmuiden direct afvoeren naar de Noordzee. Het zwaardere zoute water dat zakt, kan wegstromen door openingen onderin de zoutdam. Die selectieve onttrekking zal cruciaal zijn voor de waterkwaliteit en onze haveneconomie.”

Andere schepen

De toekomstige bereikbaarheid van de Amsterdamse haven vraagt om meer aanpassingen aan de infrastructuur, vervolgt ze. “Vanaf 2030 zullen bijvoorbeeld kolen helemaal plaatsmaken voor non-fossiele ladingstromen zoals een groei in agri-bulk, bouwgrondstoffen, general cargo en alternatieve brandstoffen, waterstof en offshore wind. Dit betekent dat we ons als haven moeten voorbereiden op de komst van nieuwe scheepstypen en ladingstromen met andere risicoprofielen. We zullen moeten zorgen dat het Noordzeekanaal qua diepgang en breedte straks voldoet aan de eisen van deze nieuwe schepen en dat er bijvoorbeeld voldoende capaciteit en externe veiligheidsruimte is op de emplacementen in de haven voor het spoorgoederenvervoer.”

Waterstof

Zo zal onder andere de import van waterstof belangrijk gaan worden. Wat heel andere dimensionering van een schip vraagt dan bijvoorbeeld het vervoer van bouwgrondstoffen, een andere ladingstroom die volgens Droog groeipotentieel heeft. “Waterstof speelt een belangrijke rol in onze op duurzaamheid gerichte toekomstplannen en de energietransitie. Waterstofschepen zullen naar verwachting qua volume groter zijn dan de huidige kolenschepen maar omdat waterstof een veel lichtere substantie is, zullen deze schepen minder diep steken dan schepen die bijvoorbeeld bouwgrondstoffen of agri-bulk vervoeren of offshore schepen die weer veel breder zijn en meer ruimte op de vaarweg innemen. Dat stelt weer andere eisen aan de infrastructuur en aan maatregelen om het NZK goed bevaarbaar te houden.”

Baggerplan

Daarop sluit het omvangrijke baggerplan waar het team vanuit het programma Bereikbare Haven met Rijkswaterstaat (RWS) aan werkt, naadloos aan. “Dat richt zich op het verwijderen van sediment dat zich in de vaarweg heeft opgehoopt en het aanbrengen van nieuwe tunneldeklagen. De ambitie is dat het hele Noordzeekanaal eind 2027 volledig is gebaggerd en de nu nog toepasselijke verkeersmaatregelen verleden tijd worden.

Vervangen en renoveren

In samenwerking met Port of Amsterdam, Rijkswaterstaat en partners als ORAM, dat de belangen van het havenbedrijfsleven vertegenwoordigt, werken Droog en haar collega’s hard aan het realiseren van de bereikbaarheidsambities. Een grootschalige vervangings- en renovatieopgave van het sluizencomplex in IJmuiden en Schellingwoude is daar ook onderdeel van. “Deze renovatie is noodzakelijk om de groeiende en veranderende stroom van schepen veilig en vlot te verwerken, en daarmee de internationale concurrentiepositie van onze haven te waarborgen. Je praat hier over infrastructuur die een eeuw geleden zeer degelijk werd gebouwd, maar inmiddels echt vervangen moet worden en aangepast aan wat de hedendaagse scheepvaart vraagt.”

Staat sluizencomplex

In principe was het idee dat Zeesluis IJmuiden als vervanging van de Noordersluis zou dienen, maar de operatie en onderhoudsstaat van de sluizen en de toekomstige zeevaart brengt nieuwe inzichten met zich mee. “Samen met RWS, het Centraal Nautisch Beheer, Loodswezen en ORAM kijken we daarom naar de beste toekomstige configuratie van het sluizencomplex om scheepvaart zo veilig en vlot mogelijk te kunnen afwerken.”

Robuust draagvlak noodzakelijk

Al projecten die Droog noemt zijn essentieel voor de brede welvaart van toekomstige generaties. Een grote verantwoordelijkheid die naast zorgvuldige besluitvorming ook vraagt om robuust draagvlak voor investeringen in verandering. “Rijkswaterstaat vervangt en renoveert het sluizencomplex, het spui en gemaalcomplex niet alleen voor de komende tien, maar voor minstens de komende vijftig jaar. Ze heeft daarom een groot aantal partijen bij deze investering betrokken om vanuit verschillende perspectieven input te leveren.”

Vooruitstrevende koers

Dit langetermijndenken is essentieel voor de toekomst van de haven, zegt Droog. Die toekomst zal mede vorm krijgen in verduurzaming en het gebruik van schone energie. “Belangrijk voor mens, natuur en economie. Zo werken we allemaal aan een blijvend prominente rol voor de Zeehavens Amsterdam in de internationale scheepvaart en de wereldwijde energietransitie.”

Positie versterken

Ze benadrukt tot slot dat het lange termijndenken niet alleen geldt voor de scheepvaart, maar zéker ook voor de verbindingen met het achterland. Droog: “Binnenvaart, spoor en weg blijven essentiële vervoersmodaliteiten om de haven bereikbaar te houden voor goederenvervoer en voor de modal shift ambities. Ook daar blijven we ons samen met partners zoals ProRail inzetten voor nieuwe mogelijkheden en uitbreidingen om onze positie verder te versterken.”